Kennisplatform
Nieuw: Let op! Wij-leren.nl lanceert nieuwe website

IQ test uitslag: Intelligentiekloof

Lisanne van Nijnatten
Kinder- & jeugdpsycholoog bij Praktijk De Blik  

van Nijnatten, L. (2014). IQ test uitslag: Intelligentiekloof.
Geraadpleegd op 19-09-2024,
van https://wij-leren.nl/IQ-test-verbaal-performaal.php
Geplaatst op 1 juni 2014
Intelligentiekloof

Intelligentiekloof, wat nu?

Ouders hebben steeds meer kennis over ingewikkelde onderwerpen die vroeger alleen maar aan de dokter of psycholoog besteed waren. Termen als ontwikkelingsvoorsprong en intelligentieprofiel rollen over tafel bij een oudergesprek. Petje af voor ouders die zich hier steeds meer in verdiepen! Misschien noodgedwongen, maar gelukkig wel nuttig.

Onderaan dit artikel worden enkele populaire boeken over IQ-tests en assessments genoemd.

Als Kinder- & Jeugdpsycholoog is het ook regelmatig mijn taak om ouders goed te informeren, op een manier waar ze iets mee kunnen. Omdat ik voornamelijk met hoogbegaafde kinderen werk gaat dit regelmatig over intelligentiegegevens. Wat is een intelligentiekloof bijvoorbeeld en wat voor implicaties heeft dat nou eigenlijk voor thuis en op school?

Een intelligentiekloof?

Van een kloof wordt gesproken wanneer de verbale en niet-verbale IQ score van een kind wezenlijk van elkaar verschillen. Dit is altijd gebaseerd op de Wechsler Intelligence Scale for Children (WISC-III) intelligentietest, omdat deze gebruik maakt van dit onderscheid. Een kind krijgt vanuit deze test een totaal, verbaal en performaal (niet-verbaal) IQ. De vuistregel is dat een verschil van zo’n 15 punten tussen verbaal en performaal een noemenswaardig verschil is. Dit kan dus twee kanten op gaan: verbaal sterker of performaal sterker. Wanneer er sprake is van een kloof mag het totale IQ (gemiddelde van performale en verbale score) niet genoteerd worden, omdat dit geen weerspiegeling is van de capaciteiten van een kind.

Kritisch kijken naar een intelligentiekloof

Het is erg belangrijk om kritisch te kijken naar een intelligentiekloof, vooral ook omdat scholen (en psychologen) conclusies trekken uit deze gegevens die niet altijd geoorloofd zijn. Hier is veel wetenschappelijk onderzoek naar gedaan en daaruit blijkt een kloof regelmatig geen grote implicaties heeft voor het functioneren van een kind. In ieder geval niet zoveel als gesuggereerd wordt in nog teveel verslagen van psychologen en orthopedagogen. Daarom is het verbaal-performaal verschil in de nieuwe versie van de WISC-III, de WISC-IV, niet opgenomen. Helaas zal de WISC-IV niet worden uitgegeven in Nederland. Andere intelligentietests, waaronder de nieuwe RAKIT-2, doen ook geen uitspraken over een intelligentiekloof op dit gebied.

Hiernaast komen intelligentiekloven relatief vaak voor bij mensen met een hoge intelligentie. Dit komt deels doordat een intelligentietest moeilijk onderscheid kan maken in IQ scores wanneer iemand een hoge intelligentie heeft. Het onderzoek dat wordt gedaan tijdens de ontwikkeling van de intelligentietests heeft te weinig participanten met een hoge intelligentie om ervoor te zorgen dat de test goed kan discrimineren op dit niveau. Een intelligentiekloof van 15 of 25 punten komt dus relatief vaak voor bij mensen met een hoge intelligentie en hoeft geen grote gevolgen te hebben voor het functioneren van iemand. Wanneer dit voorkomt is het vooral belangrijk om te kijken naar de taakaanpak van iemand op school, thuis en tijdens de testafname. Deze zal informatie geven over hoe de kloof het functioneren beïnvloedt. Ook kunnen er verdere tests afgenomen worden om uit te zoeken waar een specifiek hiaat zit in het functioneren van iemand met een kloof.

Nog een laatste kritische noot, specifiek op het gebied van intelligentieonderzoek bij kinderen. De intelligentiegegevens van kinderen zijn instabieler dan bij volwassenen. Dit betekent dat de IQ scores van kinderen meer kunnen fluctueren dan bij volwassenen. Daarom zijn de intelligentiegegevens van kinderen maar twee jaar bruikbaar en moet er in de verslaglegging expliciet aandacht besteed worden aan het feit dat zo’n test een momentopname is. Kinderen kunnen nog een ontwikkelingssprong doormaken die hun intelligentie erg kan beïnvloeden. Dit kan op zowel verbaal als niet-verbaal gebied.

Wat zegt een kloof dan wél?

Alle kritische noten daargelaten, zijn er natuurlijk wel mensen met een noemenswaardige kloof die wel invloed heeft op hun functioneren. Ik heb zelf ook IQ kloven van 40 punten of meer gezien, dan moet er wel echt wat gebeuren. Het is voornamelijk belangrijk, zoals ik al eerder beschreef, dat er ingegrepen wordt wanneer de kloof zichtbaar is in het functioneren. Dus ook een IQ kloof van 20 punten moet beter bekeken worden.

Verbaal sterker dan performaal

Deze kloof komt het vaakst voor. Dit houdt in dat een kind slimmer overkomt dan hij kan ondersteunen met non-verbaal begrip en organisatorisch vermogen. Deze kinderen zullen vooral problemen krijgen vanaf de middelbare school, omdat kinderen op de basisschool minder geacht worden om te plannen en te organiseren. Sowieso zijn schoolprestaties meer afhankelijk van de verbale intelligentie dan van de performale intelligentie. Gevaar bij deze kloof is overschatting van het vermogen van een kind en een gevoel van machteloosheid bij het kind zelf. Het kind heeft moeite met overzicht houden over complexe of meerdere taken. Hierbij is het dus belangrijk om het kind te begeleiden met meer structuur dan je zult verwachten aan de hand van zijn verbale intelligentie. Opdrachten opdelen in overzichtelijke stappen en helpen met plannen.

Performaal sterker dan verbaal

Dit is een vrij ongrijpbare kloof voor veel mensen. Een kind denkt namelijk op een hoger niveau dan dat het zich verbaal kan uiten. Het ruimtelijk inzicht, organisatorisch vermogen en de detailwaarneming van het kind zijn beter ontwikkeld dan zijn vermogen om zijn gedachten te uiten met taal. Dit kind zal mensen verrassen met complexe visueel-ruimtelijke taken en een goed overzicht kunnen houden over de taken die hij krijgt. Tegelijkertijd kan het kind gefrustreerd raken doordat hij zich niet altijd kenbaar kan maken in taal en regelmatig onderschat wordt. Bij dit soort kinderen is het belangrijk om te begeleiden in reflecteren op eigen gedrag in taal en hem uit te blijven dagen op school met ruimtelijke taken. Zo leert het kind zich steeds beter uiten in taal, terwijl hij ook ervaart dat hij vaardig kan zijn op school.

Deze kloof wordt soms vergeleken met beelddenken. Er is geen wetenschappelijk bewijs dat beelddenken vast te stellen is aan de hand van intelligentiegegevens, omdat de verbale subtests ook op een beelddenk manier kan worden gedaan. Deze conclusie mag dus nooit worden getrokken uit een intelligentieonderzoek!

Het is dus vooral belangrijk om kritisch te kijken naar de inhoud van een intelligentiekloof en om ervoor te zorgen dat de relevantie hiervan goed wordt begrepen en gecommuniceerd met school. Ook psychologen trekken hier soms te verkeerde conclusies uit, wat erg verwarrend kan zijn voor ouders. Let er ook altijd op dat het totale IQ van een kind niet genoteerd is bij een wezenlijke kloof, omdat dit geen juiste weerspiegeling is van de capaciteiten van het kind. Vraag altijd om praktische handvatten vanuit de psycholoog en kijk goed naar het functioneren van jouw kind. Ik raad ook zeker de RAKIT-2 aan, al is het beschrijven van deze test te uitgebreid voor dit artikel.

Samenvatting

Dit artikel bespreekt het concept van een intelligentiekloof bij kinderen, waarbij de verbale en niet-verbale IQ-scores aanzienlijk van elkaar verschillen. De schrijver, een Kinder- & Jeugdpsycholoog, benadrukt het belang van kritisch kijken naar deze kloof, aangezien conclusies hieruit niet altijd gerechtvaardigd zijn. De WISC-III intelligentietest wordt genoemd als een basis voor het vaststellen van deze kloof.
 
De auteur legt uit dat een verschil van ongeveer 15 punten tussen verbale en performale scores als noemenswaardig wordt beschouwd. Kritiek wordt geleverd op het feit dat scholen en psychologen soms ongegronde conclusies trekken uit intelligentiekloofgegevens. Het artikel wijst erop dat dergelijke kloven relatief vaak voorkomen bij mensen met een hoge intelligentie.
 
Ondanks kritiek benadrukt de schrijver dat intelligentiekloven niet altijd significante gevolgen hebben voor het functioneren van een kind. Er wordt gewaarschuwd voor het feit dat intelligentiegegevens van kinderen instabieler zijn dan die van volwassenen en slechts twee jaar bruikbaar zijn.
 
Het artikel behandelt ook de implicaties van een verbaal sterker dan performale kloof en een performaal sterker dan verbaal kloof. Bij de eerste kunnen kinderen problemen ervaren vanaf de middelbare school, terwijl bij de laatste het kind moeite kan hebben zich verbaal te uiten, ondanks een hoog niveau van ruimtelijk inzicht.
 
Tot slot wordt benadrukt dat ondanks kritische noten, er situaties zijn waarin een noemenswaardige kloof wel invloed heeft op het functioneren van een persoon. Het artikel eindigt met een aanbeveling voor de RAKIT-2 intelligentietest en benadrukt het belang van praktische handvatten en aandacht voor het individuele functioneren van het kind.

Populaire boeken over IQ-tests en assessments

en

en

Assessment doen
 
Assessment doen
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.